Promotieonderzoek naar pulmonaire hypertensie bij sarcoïdose

Op 11 mei 2023 heeft Dr. Marloes Huitema haar proefschrift getiteld: Sarcoidosis associated pulmonary hypertension’ succesvol verdedigd aan de Universiteit Utrecht. Zij is cardioloog in opleiding in het St. Antonius Ziekenhuis te Nieuwegein en ook verbonden aan het ILD Expertisecentrum aldaar.

Het proefschrift gaat over het verbeteren van inzichten over het voorkomen, ontstaan, het beloop en de behandeling van pulmonale hypertensie optredend bij sarcoïdose.

Pulmonale hypertensie (verhoogde druk in de longslagader) is een zeldzame maar ernstige complicatie van sarcoïdose en kan leiden tot rechter hartfalen. Dit kan worden vastgesteld door een drukmeting in de longslagader tijdens een rechter hartkatheterisatie. Er is nog veel onduidelijkheid ten aanzien van prevalentie, oorzaak, mechanismen, diagnostiek en behandeling van pulmonale hypertensie in sarcoïdose.

In dit proefschrift worden bovengenoemde zaken onderzocht, onder meer vanuit de data van een prospectieve studie genaamd de PULSAR studie, waarbij nieuw verwezen patiënten in het St. Antonius ziekenhuis prospectief werden gescreend op de aanwezigheid van pulmonale hypertensie. Hieruit blijkt dat pulmonale hypertensie in ca 3% van dit cohort voorkomt, waarbij dit in de meeste gevallen te wijten is aan een reactie op aangetast longweefsel. Er zijn echter andere mechanismen, zoals compressie op de pulmonaal vaten, reactie vanuit de pulmonaal vaten zelf, linker hartziekte en trombo-embolieën, die vaak een ernstiger ziektebeloop kennen. Het is belangrijk deze mechanismen te herkennen om gerichte behandeling in te zetten. Echocardiografie is een belangrijk niet-invasief hulpmiddel in de screening op pulmonale hypertensie, maar heeft beperkte diagnostische waarde. Tot op heden zijn er geen andere beeldvormende modaliteiten die betere diagnostische uitkomsten geven. De behandeling van pulmonale hypertensie in sarcoïdose bestaat voornamelijk uit ondersteuning middels zuurstoftherapie en hartfalen medicatie. In een selectieve groep patiënten lijkt er respons te zijn op specifieke pulmonale hypertensie medicatie.


Marloes Huitema (1989) is afgestudeerd in geneeskunde aan de Universiteit Maastricht in 2008. Tijdens haar studie heeft zij een onderzoeksstage uitgevoerd in het St. Antonius ziekenhuis onder leiding van prof. dr. M.C. Post en prof. dr. J.C. Grutters naar de waarde van het meten van de pulmonaal arterie diameter op CT-scan als diagnostisch hulpmiddel voor het detecteren van pulmonale hypertensie in sarcoïdose. Nadien is zij in 2015 gestart met een PhD traject naar pulmonale hypertensie in sarcoïdose, waar diverse wetenschappelijke artikelen uit zijn voortgekomen.

Tevens is ze spreker geweest op meerdere internationale congressen. Zij was betrokken lid van de World Association of Sarcoidosis and Other Granulomatous diseases (WASOG) werkgroep voor het opstellen van de eerste internationale expert statement ten aanzien van pulmonale hypertensie in sarcoïdose. In 2020 startte zij met de opleiding tot cardioloog in het St. Antonius ziekenhuis. email: mp.huitema@antoniusziekenhuis.nl

Supervisoren

Prof. Dr M.C. Post, afdeling Cardiologie St. Antonius Ziekenhuis en Universitair Medisch Centrum Utrecht
Prof. Dr. J.C. Grutters, ILD Expertisecentrum, afdeling Longziekten St. Antonius Ziekenhuis en Universitair Medisch Centrum Utrecht
Dr. J.J. Mager, afdeling Longziekten St. Antonius Ziekenhuis, Nieuwegein

Belangenvereniging Sarcoidose.nl bestaat 45 jaar

Begin 1977 verscheen in de Libelle een oproep van mevrouw Bouwhuis. ‘Ik heb sarcoïdose, een vrij onbekende aandoening. Dolgraag zou ik er eens met iemand over praten die het ook heeft.’ Op de oproep kwamen meer dan 100 reacties.

Op 18 november 1978 werd de sarcoïdose-patiënten belangenvereniging, nu Sarcoidose.nl, opgericht.

Om het 45-jarig bestaan te vieren is gedurende geheel 2023  Sarcoidose.nl met medewerkers en vrijwilligers door het hele land gereisd.

Zie voor meer informatie over nog komende bijeenkomsten: https://sarcoidose.nl/evenementen/categorie%C3%ABn/sarcoidosetrein/

 

Op Zaterdag 18 November a.s. is het zover dan vieren ze hun “echte” verjaardag. U bent van harte uitgenodigd om daarbij aanwezig te zijn.

Zie voor meer informatie en aanmelden:

https://sarcoidose.nl/evenementen/sarcoidosetrein-dedemsvaart/

Promotieonderzoek naar te korte telomeren bij longfibrosepatiënten

Op 9 mei 2023 heeft Thijs Hoffman zijn proefschrift ‘Features of a telomere syndrome in patients with idiopatic pulmonary fibrosis’ succesvol verdedigd.

Idiopathische pulmonale fibrose (IPF) is een ernstige longziekte die wordt gekenmerkt door steeds verdere verlittekening van de longen. In sommige patiënten met IPF wordt de ziekte veroorzaakt door te korte telomeren, de uiteinden van chromosomen. Wanneer telomeren te kort zijn, kan dit in verschillende organen tot ziekte leiden. Dit heet een telomeersyndroom.

In dit proefschrift wordt onderzocht of patiënten met IPF ook ziekten buiten de long hebben die gerelateerd zijn aan te korte telomeren. Het blijkt dat bij ongeveer een kwart van de patiënten ziekten buiten de long (zoals bloedarmoede, verlittekening van de lever, beenmergfalen, en nagel- of huidafwijkingen), danwel afwijkingen bij bloedonderzoek, of ziekten in de familie gezien worden, die kunnen passen bij een telomeersyndroom. Patiënten met een of meer van deze mogelijke tekenen van een telomeersyndroom hebben kortere telomeren en leven korter nadat ze de diagnose IPF krijgen in vergelijking met patiënten zonder deze tekenen. Ook wordt beschreven dat andere afwijkingen buiten de long, zoals afweerstoornissen, kransslagaderverkalking, en botontkalking, niet samenhangen met telomeerlengte.

Het is bekend dat genetische afwijkingen de oorzaak kunnen zijn van te korte telomeren. In dit proefschrift worden afwijkingen beschreven in de telomeergenen TINF2 en ACD bij patiënten met IPF. Deze afwijkingen kunnen leiden tot te korte of onvoldoende werkzame telomeren, en dragen zo bij aan het ontstaan van de ziekte.

Daarnaast laat het proefschrift zien dat behandeling met het middel danazol, dat mogelijk telomeren kan verlengen, geen remming van de achteruitgang van longfunctie geeft, als dit gegeven wordt aan patiënten met een vergevorderd stadium van IPF. Er werden wel aanwijzingen dat eerdere en langdurige behandeling met danazol mogelijk effectief kan zijn.

Dr. Thijs Hoffman (CV)

Thijs Hoffman (1993) heeft geneeskunde gestudeerd aan de Universiteit Utrecht vanaf 2011. Hij deed tijdens zijn studieonderzoek naar patiënten met recidiverende luchtweginfecties bij de afdeling Longziekten van het St. Antonius Ziekenhuis. Later startte hij een eigen project, waarbij hij onderzoek deed naar uitingen van een telomeersyndroom bij patiënten met longfibrose. In 2017 werkte hij een jaar in het University Teaching Hospital in Lusaka, Zambia op de afdeling Infectieziekten. Hij studeerde af in 2018, waarna hij als arts-assistent Longziekten startte in het St. Antonius Ziekenhuis. Sinds 2020 volgt hij daar de opleiding tot longarts. Daarnaast doet hij wetenschappelijk onderzoek naar telomeren bij longfibrose, het afweersysteem na longtransplantatie, en interstitiële longziekten in Afrika.

Internationale prijs voor professor Marjolein Drent

Professor Marjolein Drent, emeritus-hoogleraar Interstitiële Longaandoeningen (ILD) aan de Universiteit Maastricht, heeft op woensdag 24 mei 2023 de Sarcoïdose Crystal Award for Excellence in Research en Clinical Care voor haar verdienste op het gebied van onderzoek en begeleiding van sarcoïdosepatiënten. Deze prijs is dit jaar voor het eerst uitgereikt tijdens een gala in Washington DC door de Foundation for Sarcoidosis Research (FSR), een internationale organisatie die zich inzet voor meer bewustwording en het verbeteren van de zorg voor sarcoïdosepatiënten.

Tijdens het Gala is ze toegesproken door haar collega longarts van het ILD Expertisecentrum, van de afdeling longziekten van het St. Antonius Ziekenhuis te Nieuwegein. Aangezien ze zelf niet aanwezig kon zijn bij deze feestelijke bijeenkomst heeft hij ook de award in ontvangst genomen.  ‘Ik voel me zeer vereerd en bevoorrecht dat ik ben genomineerd en geselecteerd. Het voelt bijzonder dat ik als niet-Amerikaan, als eerste deze prestigieuze prijs mag ontvangen.’ Aldus Marjolein Drent.

In het juryrapport staat onder meer:
The impact of Dr. Drent on the advancement of sarcoidosis, both clinically and scientifically, is profound. A multidisciplinary approach, focusing on fatigue and other sarcoidosis-related symptoms affecting the quality of life of patients, their partners and family, is critical to the success of managing the disease. 

Zie ook de video van de uitreiking met haar dankwoord.

De toekenning van de Sarcoïdose Crystal Award valt samen met het 45-jarig bestaan van de Sarcoïdose Belangenvereniging Nederland: Sarcoidose.nl. Drent: ‘Ik hoop dat deze erkenning ook in Nederland zijn vruchten afwerpt en leidt tot meer bekendheid, aandacht en begrip voor sarcoïdose in het algemeen en de problemen waar patiënten mee worstelen.’

Zie ook: bericht St. Antonius Ziekenhuis: Link

Advance Care Planning (ACP): ‘Je sterft maar één keer’

 

 

 

 

,,Het is van groot belang dat patiënten hierover nadenken’’, vindt Eline van Lummel, arts en coördinator ACP in het Edese ziekenhuis.

De dood is een lastig onderwerp om over te praten. Zeker als je chronisch ziek bent en het moment van afscheid dichterbij komt. Toch is er juist dan vaak ruimte om na te denken over een naderend einde. Op het feit dat iemand zal overlijden heb je geen invloed, op de wijze waarop en hoe de tijd daar naartoe verloopt wel. Om dit zoveel mogelijk naar de wens van de patiënt en zijn of haar naasten te laten verlopen, zet Ziekenhuis Gelderse Vallei (ZGV) in Ede ACP in, wat staat voor Advance Care Planning.

,,Het is van groot belang dat patiënten hierover nadenken’’, vindt Eline van Lummel, arts en coördinator ACP in het Edese ziekenhuis. ,,We kunnen binnen de geneeskunde steeds meer, maar past dit bij de wensen van de patiënt en heeft hij er alles voor over? Het is goed om daarover na te denken en erover te praten, zodat de laatste levensfase verloopt zoals degenen die dit aangaan dat willen. Vaak weten mensen niet wat zij kunnen verwachten en kunnen ze ook niet de juiste keuzes maken. Tijdens een ACP-gesprek onderzoeken patiënt, naaste(n) en zorgverleners de ziekte van de patiënt en diens behandeldoelen en -wensen. Het is belangrijk dat hierover gesproken wordt vóórdat zich een acute verslechtering voordoet en er tijdgebrek optreedt. Zo voorkom je dat er onnodig een crisissituatie ontstaat waarin zorgverleners en familie niet weten wat de wensen van de patiënt zijn, en er onder tijdsdruk een besluit moet worden genomen.’’

WAARDEVOL Hoe waardevol ACP in de praktijk is, kan Willem Flink vertellen. Hij verloor zijn echtgenote in 2020. Door de gesprekken die hij en zijn echtgenote in 2019 voerden, weet hij dat de laatste periode van het leven van zijn geliefde is verlopen zoals zij dat wilde. ,,Ik weet dat het voor mijn vrouw destijds een hele stap was om dit gesprek aan te gaan’’, begint Flink te vertellen. ,,Zij was ook nog jong, 56 jaar pas, in de kracht van haar leven. Daarbij komt dat wij protestants-christelijk zijn. Wij geloven dat we geschapen zijn om te leven en niet om te sterven. Dat maakte het lastig om de stap te maken om te gaan praten over de tijd naar de dood toe en de dood zelf’’, legt Flink uit.

Je hebt de gelegenheid om veel keuzes te maken waar je zelf vaak niet eens van weet

De echtgenote van Flink wilde in eerste instantie niets van de gesprekken weten, maar koos er later toch voor. ,,Ook aan patiënten die niet meteen een gesprek willen, geeft het ziekenhuis informatie over ACP mee. Zo ook bij mijn echtgenote. En ondanks dat zij in eerste instantie niet wilde, heeft zij er later toch mee ingestemd om de gesprekken te voeren. Wat zij er uiteindelijk van vond? Praktisch en nuttig. Je hebt de gelegenheid om veel keuzes te maken waar je zelf vaak niet eens van weet. Die keuzes komen te vervallen als je net zo lang wacht dat je bijvoorbeeld op de spoedeisende hulp terecht komt en je niet meer kan zeggen wat je wel en niet wilt.’’

Flink ging mee met de ACP-gesprekken. Samen met zijn vrouw kwam hij erachter dat zij op één lijn zaten. ,,Dat is voor ons heel fijn geweest’’, zegt hij. ,,We zijn daar echt achter gekomen door de gesprekken in het ziekenhuis en doordat je er daarna ook thuis over spreekt. Het gaf ons een heleboel rust en na het overlijden van mijn echtgenote gaf het mij uiteraard ook rust. Ik kwam niet in een situatie terecht waarin ik twijfelde of ik wel de juiste beslissingen had genomen. Ik ben bij alle gesprekken geweest en heb geen enkele twijfel over het behandelplan en de mogelijkheden. Het is een hele geruststelling dat ik weet dat er echt niks meer mogelijk was en dat mijn vrouw het zo wilde’’, deelt Flink zijn gevoel.

De vijftigjarige Annemiek van Hunen is chronisch ziek en heeft recent besloten een ACP-gesprek te willen voeren. ,,Ik heb COPD. Voordat Covid uitbrak zou ik longrevalidatie gaan doen, maar dit is door de uitbraak van het virus uitgesteld. Aan het eind van 2020 kreeg ik last van longaanvallen en belandde ik op de Intensive Care-afdeling. Daar kreeg mijn echtgenoot direct te maken met een lastig vraagstuk. Ik was zo ziek dat men bang was dat ik zou overlijden als ze mij niet via een beademingsbuis zouden beademen. Tegelijkertijd vroeg men zich af of mijn longen voldoende zouden werken als ze na verloop van tijd de beademingsbuis er weer uit zouden halen.’’

Het dwingt je na te denken over de toekomst. Iets wat je als mens geneigd bent om voor je uit te schuiven, maar dan kan het zomaar te laat zijn

Ze vervolgt:,, Tijdens de ACP-gesprekken konden we rustig nadenken en hoefde mijn familie niet in de hectiek beslissingen te nemen. Aan de hand van de gesprekken is een document gemaakt waarin alle gemaakte afspraken staan. Mijn ervaring is dat je een ACP-gesprek nooit te vroeg kunt voeren als je weet dat er geen herstel meer mogelijk is. Als ik nu ergens opgenomen word, weet mijn man wat ik wil en kan hij het document laten zien, zodat alles verloopt zoals wij dat hebben afgesproken. Of ik schrok toen voorgesteld werd om een ACP-gesprek te voeren? Nee, ik schrok er niet echt van, het was wel confronterend. Het dwingt je na te denken over de toekomst. Iets wat je als mens geneigd bent om voor je uit te schuiven, maar dan kan het zomaar te laat zijn.’’

Wat betekent ACP voor Eline van Lummel? ,,Als arts vind ik het belangrijk om met ACP bezig te zijn’’, deelt Eline van Lummel haar gevoel. ,,Ik heb in het verleden nabestaanden zien knokken met de vraag of ze wel de juiste beslissingen hadden genomen omdat ze niet met hun naaste hadden gesproken over hun wensen. Dat gun je niemand. Met het toenemen van het aantal mogelijkheden in medische ondersteuning wordt het aantal keuzes ook aanzienlijk groter. Van belang is te weten dat er altijd een behandeling is. In plaats van een agressieve behandeling kan ook gekozen worden voor een ondersteunende of op comfort gerichte behandeling. ,,Ik ben dankbaar dat we in de ZGV gebruik maken van ACP. Het belang van pro-actieve zorgplanning is als gevolg van de Covid-19 pandemie nog eens benadrukt’’, zegt Eline van Lummel tot besluit.

 

The Lancet, Spotlight: Artikel over mindfulness

 

 

Mindfulness effectief in het verminderen en beheersen van vermoeidheid bij sarcoïdose

 

 

Sarcoïdose-geassocieerde vermoeidheid komt veel voor en is veelal het meest belastende symptoom van sarcoïdose. Het beheersen van vermoeidheid is een uitdaging. De TIRED studie heeft de effecten van een 12 weken durende online, op mindfulness gebaseerde, cognitieve therapie (eMBCT) op vermoeidheid onderzocht. Deze studie is uitgevoerd in drie centra in Nederland. Geschikte patiënten waren 18 jaar of ouder, hadden stabiele sarcoïdose en een score van meer dan 21 punten op de Fatigue Assessment Scale (FAS-link). Patiënten werden gerandomiseerd ingedeeld in de eMBCT- of in de controlegroep. Baseline FAS-score was vergelijkbaar in beide groepen: gemiddeld 34.6 voor 46 patiënten in de eMBCT-groep en 35.5 voor 47 patiënten in de controlegroep. De gemiddelde verandering in FAS-score na 12 weken was –4.5 in de eMBCT groep en –1.3 (in de controlegroep. Naast een verbetering van de vermoeidheid toonde de eMBCT-groep een significante verbetering in angst, depressieve symptomen, mindfulness en algemene gezondheidstoestand na 12 weken eMBCT vergeleken met de controlegroep. Voor meer informatie lees het hele artikel (link).

Ook interessant is het verhaal van Hans: finding acceptance and positivity in mindfulness (link). In november verscheen dit artikel in the Lancet Respiratory Medicine over een sarcoïdosepatiënt die veel heeft aan op mindfulness gebaseerde cognitieve therapie. Hij geeft aan dat het enorm heeft bijgedragen aan het accepteren van de dagelijkse problemen die sarcoïdose met zich meebrengt en om een positieve draai te geven aan het omgaan met deze aandoening.

Mindfulness of achtzaamheid wordt vaak gedefinieerd als ‘het bewust aandacht geven aan het huidige moment, zonder hierover te oordelen’. Een vermogen dat men ontwikkelt met behulp van meditatie of andere oefeningen. Mindfulness komt van het woord sati, een belangrijk element in Boeddhistische tradities. Mindfulness-vaardigheden richten zich op zelfregulatie en kunnen onmiddellijke en blijvende persoonlijk waargenomen voordelen opleveren met zelfs klinisch betekenisvolle hersenveranderingen. Deze voordelen kunnen worden versterkt door meditatie, diverse fysieke activiteiten of korte oefeningen.

Promotieonderzoek naar bijwerkingen geneesmiddelen

Promotie: Op 14 februari 2023 heeft Naomi Jessurun haar proefschrift getiteld ‘The metabolization of drugs as a factor in the development of adverse drug reactions’ succesvol verdedigd aan de Rijksuniversiteit Groningen.

De onderzoeken in haar proefschrift gaan over het verbeteren van inzichten in het ontstaan en voorkomen van bijwerkingen van geneesmiddelen.

De reactie op een geneesmiddel kan sterk verschillen tussen patiënten. Naast de gewenste werking hebben bijna alle geneesmiddelen ook bijwerkingen. Een deel van de bijwerkingen kan worden verklaard door variatie in het genetische profiel (DNA) ofwel aanleg van mensen. Farmacogenetica onderzoekt in hoeverre verschillen in het genetisch profiel een verklaring vormen voor de interindividuele verschillen in effectiviteit en het optreden van bijwerkingen van geneesmiddelen. Het oorspronkelijke geneesmiddel ondergaat chemische veranderingen en er worden geneesmiddelmetabolieten gevormd. Kennis van de metabolisatie van het oorspronkelijke geneesmiddel, de vorming van metabolieten en hun effecten in het lichaam is cruciaal. In dit proefschrift worden studies beschreven waarin de bijwerkingen van bepaalde geneesmiddelen zelf, van de gevormde metaboliet en mogelijkheden om deze bijwerkingen te voorkomen onderzocht. Longschade kan ook een gevolg zijn van schadelijke bijwerkingen van geneesmiddelen. Het voordeel van het inzetten van farmacogenetica wordt in dit kader beschreven. Als de metaboliet schadelijk is kan getracht worden de vorming te doen verminderen met de toevoeging van een remmer van die omzetting (fenoconversie). Deze methode van het voorkomen van bekende bijwerkingen is toegepast in een klinische studie met veelbelovende effecten. Verbetering van de kennis van de werking van geneesmiddelen, hun metabolieten en omzetting kan samen met farmacogenetica bijdragen aan het tijdig herkennen en/of voorkomen van onnodige bijwerkingen en het voorschijven op maat.

Voor meer informatie en CV Naomi Jessurun, zie LINK

Sta op voor Sarcoïdose!

Sta op voor Sarcoïdose!

April is Sarcoïdose Awareness Maand. Het doel is meer bekendheid voor deze stoornis van het afweersysteem creëren. De meest gerapporteerde en beperkende klacht is extreme vermoeidheid met een grote impact op de kwaliteit van leven. Hoewel deze aandoening al lang geleden is ontdekt, zijn er vooral nog veel vragen. Wat is de oorzaak, wat is de beste behandeling en hoe kunnen we zowel de mensen die het treft, als hun naasten, het beste helpen? Daar is onderzoek en dus geld voor nodig.
De klachten die mensen hebben kunnen erg op Long-Covid lijken. Deze aandoening krijgt met haar korte bestaan veel meer aandacht dan sarcoïdose. De FSR (Foundation for Sarcoidosis Research) voert deze maand een hele actieve actie voor meer aandacht met als thema:
‘Sta op voor Sarcoïdose’ en doneer.
Dat kunnen we in Nederland ook!
Staat u ook op voor sarcoïdose?
Dat kan op vele manieren.
Verzin creatieve acties om geld op te halen voor sarcoïdose.
Het hoeft niet groots te zijn. Alle beetjes helpen.
Als u liever een concrete actie steunt kan dat ook.
Bijvoorbeeld: Ange van Ommen. Zij start na Pasen een ‘omgekeerde’ pelgrimstocht lopend van Santiago de Compostela naar haar woonplaats Harderwijk, een tocht van ruim 2.600 kilometer. Het wordt een pelgrimage uit dankbaarheid voor herstel én een tocht om de Sarcoïdose Belangenvereniging Nederland (Sarcoidose.nl) te sponsoren.

Sarcoidose.nl doet al 45 jaar enorm goed werk door uitgebreide voorlichting over sarcoïdose te verzorgen, patiënten te informeren en de genoemde doelen te ondersteunen.

Direct doneren? Volg deze link

Vermeldt bij uw donatie svp SAMEN (Sarcoïdose Awareness Maand En Nederland). Bij voorbaat dank!
Voor meer informatie: zie de website van Sarcoidose.nl.

 

Screening familieleden van patiënten met familiaire longfibrose

FLORIS STUDIE:

Screening van asymptomatische familieleden bij familiaire longfibrose

Familiaire longfibrose (FFP, 2 of meer familieleden met longfibrose) komt voor bij ca. 15% van de patiënten met longfibrose. Bij FPF is meestal sprake van een dominante overerving waardoor 1e graads familieleden een sterk verhoogde kans hebben om longfibrose te ontwikkelen. Volgens de huidige richtlijnen hebben deze familieleden recht op screening. In de FLORIS studie gaan we 200 eerstegraads asymptomatische familieleden screenen en zoeken we naar markers die voorspellend zijn voor preklinische FPF. We streven naar een simpel en lokaal (huisarts of lokaal centrum) screeningsprotocol waardoor in de toekomst alleen familieleden met sterke verdenking op FPF worden doorgestuurd naar het ziekenhuis. Voor deelname aan de studie komt het familielid 3 keer (1x per jaar) naar het St. Antonius Ziekenhuis. Meer dan 87 familieleden doen al mee, maar er kunnen zich nog deelnemers aanmelden.

Onderzoek ter verbetering van vroege detectie van familiaire (erfelijke) longfibrose

Voor een onderzoek naar de geschiktheid van bepaalde testen voor het vaststellen van beginnende familiaire longfibrose, zijn wij op zoek naar 200 volwassenen die hieraan deel willen nemen. Deelnemers zijn eerstegraads verwanten van mensen met familiaire longfibrose, die geen diagnose van een interstitiële longaandoening hebben. Met dit onderzoek willen we de longfibrose screening voor familieleden verbeteren.

Wat houdt deelname aan dit onderzoek in?

Drie bezoeken in twee jaar tijd aan het ILD Expertisecentrum van St. Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein:

  • driemaal longfunctietesten, 6-minuten wandeltest, bloedafname en lichamelijk onderzoek
  • één HRCT-scan
  • thuis invullen van vragenlijsten voorafgaand aan elk bezoek

Wie kan deelnemen?

  • eerstegraads familieleden van mensen met familiaire longfibrose (broers, zussen, ouders of kinderen)
  • 18 jaar of ouder
  • Wanneer kunt u niet deelnemen?
  • wanneer u een interstitiële longaandoening heeft
  • wanneer u zwanger bent

Meer over het onderzoek

Op dit moment bestaat de mogelijkheid voor eerstegraads familieleden van patiënten met familiaire longfibrose om een periodieke controle bij de longarts te ondergaan om eventuele longfibrose in een vroeg stadium te kunnen diagnosticeren. Dit gebeurt o.a. door een jaarlijkse controle en een hoge resolutie computertomografie (HRCT)-scan eens in de vijf jaar. Bij deze HRCT wordt d.m.v. röntgenstralen een afbeelding gemaakt van uw longen.

Met deze studie onderzoeken we of deze screening nog verbeterd of vereenvoudigd kan worden.

We onderzoeken hoe goed de huidige testen en enkele veelbelovende nieuwe testen kunnen voorspellen of er sprake is van beginnende longfibrose. We maken één HRCT om te bepalen of hierop afwijkingen te zien zijn die op beginnende longfibrose wijzen.

Door op drie tijdspunten te meten willen we daarnaast bepalen of een jaarlijkse screening noodzakelijk is.

Deelnemers bezoeken driemaal het St. Antonius Ziekenhuis voor longfunctieonderzoek, een 6-minuten wandeltest, bloedafname en een kort lichamelijk onderzoek. Bij het eerste bezoek wordt een HRCT-scan gemaakt. Tevens wordt gevraagd of u voorafgaand aan elk bezoek enkele vragenlijsten wilt invullen.

Meedoen of vragen?

Wilt u meedoen met dit onderzoek of heeft u vragen? Mail dan naar longfibrose@antoniusziekenhuis.nl

Meer informatie:
Zie artikel: 
Optimizing Screening for Early Disease Detection in Familial Pulmonary Fibrosis (FLORIS)

ILD Expertisecentrum, St. Antonius Ziekenhuis, locatie Nieuwegein

 

Het ILD Expertisecentrum verleent topzorg op maat. Het bestaat uit een multidisciplinair team met vertegenwoordigers van allerlei medisch specialisten en paramedici.

 

 ILD Expertiseteam

    Longartsen ILD Expertisecentrum
    ILD-verpleegkundigen ILD Expertisecentrum
    Secretariaat ILD Expertisecentrum en Medisch secretaresse
    Het ILD Expertisecentrum Onderzoeksteam
    Het behandelteam rondom een patiënt
    Foto’s medewerkers
    Contact 

 

 

 

Het verwijsbeleid

 

Medisch specialisten kunnen een beroep doen op het ILD Expertisecentrum van het St. Antonius Ziekenhuis te Nieuwegein voor advies. Lees verder…

 

 

 

ILD NIEUWS

Informatie voor patiënten en belangstellenden
ILD NIEUWS  houdt u op de hoogte van actueel nieuws over interstitiële
longaandoeningen (ILD), (patiënten)bijeenkomsten, wetenschappelijke
ontwikkelingen, behandelmogelijkheden, en andere wetenswaardigheden.
Aanmelden voor ILD NIEUWS kan door een e-mail te sturen naar ildnieuws@antoniusziekenhuis.nl.

 

 

 

ILD Expertisecentrum Nieuwsbrief

Informatie voor professionals
De Nieuwsbrief ILD EC voor professionals is een uitgave van het ILD Expertisecentrum, St. Antonius Ziekenhuis Nieuwegein. Deze nieuwsbrief verschijnt 2 x per jaar. Verzending aan longartsen, long­artsen i.o., verwijzend specialisten en patiëntenverenigingen. Informatie: Voor meer informatie verwijzen wij u naar de website: www.long­centrum.nl of via email: ild@antoniusziekenhuis.nl.

 

 

Informatieve video’s

Bekijk onze informatieve video’s. Deze illustreren wat het ILD Expertisecentrum zoal doet. Onderwerpen die aan bod komen zijn:  het multidisciplinair overleg (MDO): de kern van goede ILD zorg, een voorbeeld van topzorg, een totale longspoeling. Tevens komen er steeds nieuwe video’s bij met informatie over de verschillende interstitiële longaandoeningen (ILD). Ga naar de video’s

 

 

Internationale samenwerking en erkenning

WASOG Sarcoidosis Clinic  and WASOG ILD Center of Excellence
World Association of Sarcoidosis and Other Granulomatous Diseases
European Reference Network
Europese samenwerking zeldzame longaandoeningen

 

 

 

Biobank ILD Expertisecentrum

Interstitiële longziekten zijn zeldzaam.
Om goed wetenschappelijk onderzoek te kunnen doen, zijn grote patiënten-aantallen nodig. Een biobank biedt hierin uitkomst.
Lees meer …

 

 

 

Lopende studies ILD Expertisecentrum en

lezenswaardige artikelen

Er is net een geweldig artikel over sarcoïdose verschenen in het gerenommeerde tijdschrift Nature Reviews: Sarcoidosis. We zijn trots dat Professor Jan Grutters een belangrijke bijdrage aan dit artikel heeft geleverd.

Volg de link voor een PrimeView van het artikel.

STYLE SWITCHER

Header Style

Accent Color